Beetje bloederig
Door: Erik & Marilien
Blijf op de hoogte en volg Marilien
10 Oktober 2017 | Canada, Telegraph Cove
De eerste man die we aan het werk zijn stelt zich zelf voor als ‘today’s executor’, hij heeft een houten stok waarmee hij een zeer rake klap uitdeelt in de, zeg maar, nek van de zalm. Een klap en de vis is dood. Dan knoopt hij een touwje om de staart en komt een collega de vis ophalen. In een overdekte ruimte zijn meerdere mensen aan het werk, het gaat er allemaal heel rustig en netjes aan toe. Het klinkt misschien een beetje gek maar het lijkt heel respectvol. De man die heen en weer loopt hangt de vissen aan het touwtje op aan een zogeheten ‘bleeding’ rek. Hier loopt het bloed eruit. Als ze daar even hebben gehangen komt er een ander en die haalt één zalm op en hangt die aan een haak boven een kom. De buik gaat open en de eitjes worden ‘geoogst’. Vervolgens worden ze schoongespoeld en daarna bevrucht (met sperma van mannetjes zalmen uit het zelfde gebied en van het zelfde soort om het ras zuiver te houden). En die eitjes kweken ze op tot ze groot genoeg zijn om weer uit te zetten. De zalmen zijn ongeveer twee jaar oud als ze hier aan hun eind komen. Als ze in de natuur hun eitjes hadden afgezet dan zouden ze daarna ook dood zijn gegaan. Het resultaat is dus hetzelfde, de weg ernaar toe is anders. Alle dode zalmen worden teruggebracht naar de rivier waar ze zijn gevangen. Dat is dan weer voer voor andere dieren. We mogen net zo lang rondkijken als we willen en vragen worden uitgebreid beantwoord. Het is niet zozeer leuk om te zien maar wel heel interessant.
Goed volgende alinea, maar nog wel even bij één van de medewerkers. Die vraagt waar we naar toe gaan en wat tot nu toe het hoogtepunt is van onze reis. Als ik zeg dat we een beer hebben gezien die probeerde een zalm te vangen, vraagt hij of dat is wat we graag nog eens zouden zien. Hij weet wel een plek en vervolgens legt hij uit hoe we naar het vliegveld moeten rijden (bij Port Hardy) en dan een zandpad moeten nemen, langs een hek moeten rijden zover als we kunnen en dan nog een stuk lopen en dan komen we bij een rivier waar waarschijnlijk wel beren zitten te vangen. Klinkt goed en we bedanken voor de tip.
Eerst gaan we verder richting Coal Harbour, we verwachten eigenlijk net zo’n uitgestorven dorp als gisteren Port Alice. Dat is het niet, hier zijn mensen op de been. Niet heel veel maar de postbode zwaait vriendelijk en bij de haven zijn mensen bezig op een boot. Het is fris maar de zon komt door en daarom parkeren we de camper en gaan we een stukje lopen. Er liggen hier twee caches die we wel zouden willen vinden. De eerste is een soort bunker waar we in moeten en dan bij de achteruitgang zou de container verstopt moeten zijn. Die vinden we helaas niet maar we leren er wel van dat hier Canadese troepen in de tweede Wereldoorlog gelegerd zijn geweest ter voorbereiding op hun bijdrage in Europa en andere landen. De bunker is een soort grote rioolbuis met banken aan weerszijden. Wij vinden het al krap en dan moet je je voorstellen dat die buis vol moet zitten met mensen. Vreselijk.
We zoeken de tweede cache, ook een soort bunker maar dan aan het strand gelegen. Het is even een puzzel hoe we bij het strand moeten komen. Ongemerkt lopen we een fabrieksterrein op waar we worden opgemerkt door een hond. We doen alsof we niets zien of horen en lopen er snel weer af. Hadden we even gehoopt een korte route naar het strand te vinden, niet dus. Eerst weer bult op, nog een keer de postbode groeten, dan langs wat grote huizen en dan afdalen naar het strand. Hier geen fijn zand maar gladde keien met veel glibberig groen zeewier. We vinden de ingang naar de bunker, het is er eentje van hetzelfde soort maar hier ligt de container direkt bij binnenkomst. Het is verstopt in een hol beeld van drie kikkers (soort horen, zien en zwijgen) en eronder staat welcome. Ik neem het ding mee naar buiten om onze naam bij te schrijven in het logboekje en als we onze stempel hebben gezet, breng ik het weer naar binnen. Dan blijken de letters van ‘welcome’ glow in the dark te zijn. Heel grappig, leuk gedaan, lekker contrast met de oorspronkelijke bedoeling van de bunker.
Terug bij de camper stellen we de TomTom in op de volgende overnachtingsplaats. We willen doorrijden naar Telegraph Cove van waaruit excursies worden gemaakt om of grizzly beren te zien of om walvissen te spotten. Maar eerst proberen we nog even het pad bij het vliegveld te vinden. We komen eerst uit bij een schitterende picknickplek aan zee, niet de goede locatie om de beren te zien maar wel voor een kop koffie en brood. Makkelijk om zo alles aan boord te hebben. Als de lunch ‘achter de kiezen’ zit (grappig…) gaan we nog een keer op zoek naar het bedoelde pad. Zo komen we door Fort Rupert, een kleine nederzetting van een groep First Nation. Dit is echt een schitterende ontdekking. Hier geen totempalen voor de toeristen maar wel omdat ze horen bij de bevolking. De meeste gebouwen zijn van schitterende beschilderingen voorzien. Ook heel indrukwekkend zijn de monumenten/totems op de begraafplaats. Als we verder rijden vinden een weg die de goede kant op lijkt te gaan en die gaat na een kilometer asfalt over in een zandpad. Het lijkt het goede pad te zijn, het wordt smaller, met nog wat meer plassen water en dan wordt het ook nog lager. Zo smal en laag dat we met de camper niet verder willen rijden. Erik parkeert de camper zoveel mogelijk aan de zijkant op een t-splitsing zodat we geen doorgang blokkeren en dan hangen we de rugzakken weer om. De berenbel gaat ook aan een rugzak. We lopen een paar kilometer of een blubberig pad en hebben niet het gevoel in de buurt te komen van de bedoelde plek. Dan maar omdraaien en terug naar de camper. En daarna dan richting Telegraph Cove.
Jaren geleden hebben we hier een excursie geboekt en hebben we tijdens de boottocht een walvis gezien. Dat leverde toen een mooie foto op van de staart net voor in zee verdwijnen. De foto die iedereen graag wil maken en wij best nog een keer. Het is heel stil in Telegraph Cove, de Visitor Centre zit niet toevallig alleen vandaag dicht maar gaat pas weer open in mei 2018. Dan maar doorrijden naar de camping. Ook daar zit de receptie dicht, we gaan zelf op zoek naar een plek. Ook hier hebben we eerder overnacht en we willen graag weer dezelfde oceanview. Dat is nu niet mogelijk, de plekken voor de camping hebben ‘havenzicht’ waar eigenlijk niets aan is want de haven is leeg. Op de grond waar toen de plekken met zeezicht waren staan nu gebouwen met waarschijnlijk appartementen. Een bord geeft aan dat we niet verder mogen doorrijden. Een beetje een tegenvaller, we kijken nog even op de tweede camping in Telegraph Cove maar die ligt heel donker in het bos. We draaien en rijden een stukje terug.
De weg voert hoog langs zee en beneden ons zien we vrachten boomstammen in het water liggen. Op de boomstammen zitten honderden witte meeuwen die af en toe massaal opvliegen, een paar rondjes maken en dan weer terug keren naar de boomstammen. Heel indrukwekkend. Nog veel mooier zijn de drie herten die langs de kant van de weg staan te eten tussen hoog gras. Ze kijken even op, zijn niet in ons geïnteresseerd en grazen vrolijk verder. We rijden verder, of eigenlijk terug, naar Alder Bay waar volgens een bord langs de kant van de weg een Resort moet zijn waar ook een camping bij is. Dat klinkt luxe en daar hebben we wel zin in. De camping is open, ligt prachtig aan het water en er zijn plekken. De receptie is dicht maar als we zelf een plek uitkiezen komt er een man uit het huis bij de receptie die ons van harte welkom heet. Hij is de eigenaar en zegt dat het prima is als we morgen even de papieren invullen. We krijgen nog wat tips: als we morgenvroeg rond 8 uur op het strand kijken en het is eb, dan zouden we een of twee moeder beren met jongen moeten kunnen zien. En als we vannacht een heel hard, heel laag geluid horen dan is dat een Orca die voorbij zwemt. Aan de overkant ligt namelijk Alert Bay waar we zondag waren en dat is de ‘home of the killer whale’. En we kunnen ook nog kleinere walvissen voorbij zien komen. Als hij ze ziet dan komt hij ons wel even waarschuwen. Geweldig, wat een ontvangst. We gaan even kijken of we hier wat langer kunnen blijven. Wifi is dankzij een hotspot ook geen punt.
Erik maakt nog een kampvuur terwijl ik pannenkoeken bak, maar heel lang houden we het buiten niet uit. Het is ontzettend koud. Lekker naar binnen en de kachel aan. Straks de wekker zetten want we willen wel wakker zijn als de beren hier voorbij lopen…..
-
11 Oktober 2017 - 23:48
Berry:
Hoi familie,
Allereerst bedankt voor jullie mooie kaart. Hij staat weer op de kast in mijn hal. Zo zie ik hem met regelmaat staan als ik langs kom lopen :)
De alinea met de zalmen die aan hun einde komen, heb ik wel gelezen en het viel mij behoorlijk mee. Vooral op de manier waarop ze werden behandeld na hun dood.
De foto's zijn schitterend en die van de oldtimer camper grappig. Kon deze zich nog wel verplaatsen? Lijkt net een camper die zo uit een horrorfilm komt rijden.
Leuke ontvangst op de camping en ik ben benieuwd of jullie nog walvissen en of beren hebben gezien.
Tot morgen.
Gr. Berry -
12 Oktober 2017 - 19:15
Ronald:
Hoi Marilien en erik,
ziet er niet echt lekker uit, maar verder zijn de foto's en het verhaal weer leuk om te lezen en met jullie je reis mee te beleven.
groet,
ronald
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley